Hoog Specialistische Dagbesteding is structureel van aard en sluit aan bij de (on) mogelijkheden en wensen van de cliënt. Het kenmerk van Hoog Specialistische dagbesteding is de op de individuele cliënt aangepaste inhoud van het activiteitenprogramma.

De begeleidingsintensiteit is hoog, de ondersteuning langdurig en er is toezicht en/of zorg nodig waarvoor een hoog specialistische kennis vereist is. De begeleidingsomgeving is aangepast aan de (on)mogelijkheden en beperkingen van de cliënt.

Dit varieert van onder passende fysieke condities tot volledig conditioneel beheerst.

 

Doelgroep

De cliënt is 18 jaar of ouder en is ernstig beperkt in zelfredzaamheid door een lichamelijke,cognitieve, zintuiglijke, verstandelijke of psychiatrische beperking of een combinatie daarvan. De cliënt is geheel onzelfstandig in het vormgeven van de daginvulling vanwege de beperkingen. De cliënt heeft gespecialiseerde begeleiding en/ of toezicht nodig, meer dan Laag Specialistische Dagbesteding kan bieden..Er is vaak sprake van een chronisch beeld met complexe problematiek. Vaak is er een combinatie van beperkingen, zoals een ernstige verstandelijke beperking met één of meer psychiatrische of lichamelijke beperkingen of een zintuigelijke en een psychiatrische beperking met gedragsproblemen. Er is vanwege de complexe problematiek intensieve gespecialiseerde zorg en/of toezicht nodig, waarbij wordt aangesloten bij de mogelijkheden en wensen van de deelnemer. Behalve de ondersteuning heeft de cliënt ook gespecialiseerde zorg nodig bijzelfzorg en/of communicatie.

 

Resultaten

Specialistische Dagbesteding met hoog intensieve begeleiding draagt tenminste bij aan de versterking of het behoud van de zelfredzaamheid en participatie en bevorderd het behoud ervan. Het resultaat van gespecialiseerde dagbesteding met hoog intensieve begeleiding bestaat uit:

• Voorkomen van achteruitgang en het bevorderen van het behoud van praktische vaardigheden.

•  Kunnen omgaan met de beperkingen.

• Bieden van structuur, activering tot optimale zelfstandige participatie.

• Voorkomen van achteruitgang van adl‐zelfredzaamheid en het bevorderen van het behoud ervan.

• Voorkomen van achteruitgang van sociale‐ en maatschappelijk participatie en het bevorderen van het behoud ervan.

• Voorkomen van overbelasting van de mantelzorger.

• Signaleren van een andere ondersteuningsvraag

•  Verbeterd niveau van maatschappelijke participatie.